De eieren zijn besmet
met de stof Fipronil. Het MRL
(maximum residu level) is een kwaliteitsnorm dat voor residuen in voedsel wordt
aangehouden. Deze is voor fipronil in eieren 0,005 mg/kg. Dit is de grens voor
het toekennen van het label ‘besmet’. Een ei weegt circa 65 g, dus een ei mag
niet meer fipronil bevatten dan 0,00032 mg = 0,32 microgram.
Om de kans op gezondheidseffecten door fipronil te beoordelen is een
gezondheidskundige risicobeoordeling nodig. Daarvoor wordt de ADI gebruikt. En
soms de ARfD. De ADI (acceptable daily
intake = is an estimate of the amount of a substance in food or drinking water
that can be consumed over a lifetime without presenting an appreciable risk to
health) van deze stof is 0,0002 mg/kg bw/dag. Voor een volwassene (70 kg)
is dit dus 0,014 mg/dag = 14 microgram/dag. De ARfD (acute reference dose = is an estimate of the amount of a substance in
food or drinking water that can be ingested over a short period of time,
usually during one meal or one day, without appreciable health risk to the
consumer) is 0,009 mg/kg bw/dag. Voor de mens is dit 0,63 mg/dag = 630
microgram/dag.
De gezondheidskundige veiligheidsmarge bij levenslange consumptie van 1
‘schoon’ ei per dag door een volwassene = 14/0,32 = 44. Tijdens een maaltijd wordt
pas bij consumptie van 630/0,32 = 1.970 ‘schone’ eieren de grens van acute
gezondheidsrisico door fipronil bereikt. Met deze gegevens kan ruwweg gesteld
worden dat bij langdurig herhaalde consumptie van 1 ei per dag een
gezondheidsprobleem verwacht wordt als de concentratie fipronil in de eieren
een factor 50 hoger is dan de MRL. Directe effecten door consumptie van 1 ei
kunnen optreden als de concentratie een factor 2.000 hoger is dan de MRL. Dit
geldt voor volwassenen. Voor kinderen zijn deze waarden lager, evenredig met
het lagere lichaamsgewicht.
NVWA heeft per 3 augustus 2017 nog geen gegevens van de concentratie van
fipronil in eieren bekend gemaakt, dus het risico kan nog niet exact beoordeeld
worden. Nu.nl meldt dat het gehalte in de groep besmette eieren meer dan twee
maal zo hoog is. De term ’appreciable risk to
health’ als opgenomen in de omschrijving van de ADI en ARfD geeft aan dat
deze grenswaarden niet heel scherp zijn. Het is bovendien goed te weten dat bij
de afleiding van deze gezondheidskundige grenswaarden onzekerheidsfactoren
gebruikt zijn vanwege verschillen tussen individuen (factor 10) en vanwege de
rat als het in de testen gebruikte diersoort (factor 10).
Al met al is op dit moment duidelijk dat er wel wat ruimte is voordat de
volksgezondheid in het geding is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten